Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


Zijbalk

magie-uitputting

Magie-uitputting

Magie-uitputting is de staat waarin een magiër verkeert wanneer hij al zijn magie gebruikt heeft. Op dat moment is hij niet meer in staat magie te gebruiken.

Symptomen

Bij magie-uitputting ervaren veel magiërs een bepaalde leegte, wat zeer vaak gepaard gaat met gevoelens van kwetsbaarheid en angst. Het is voor een magiër op dat moment volstrekt onmogelijk om magie te gebruiken, ook wanneer hij magie wil aanvullen door middel van welke magie-overdracht ook. Dit komt doordat er magie in de magiebron aanwezig moet zijn om de verbinding te leggen tussen de inkomende magie en de magiebron zelf. En zelfs deze magie is niet meer aanwezig bij magie-uitputting.

Herstel

Magie-uitputting gaat in veel gevallen vanzelf weer over. De symptomen houden aan tot de magiebron zichzelf tot een veilig niveau heeft aangevuld. In de praktijk duurt dit vaak minstens twee uur. Voor die tijd is er al wel magie aangemaakt, maar schermt de magiebron zichzelf af zodat de magiër geen magie kan gebruiken én er geen magie-overdracht mogelijk is.

Wanneer de magie tot een veilig niveau is aangevuld, is er sprake van magievermoeidheid, met als verschil dat het herstel langzamer verloopt. Herstel door middel van magie-overdracht werkt half zo goed als bij een normale magievermoeidheid. Hierdoor is er een zeer groot risico op magievergiftiging wanneer geprobeerd wordt het tekort aan te vullen met externe magie. Het duurt gemiddeld tussen de twee en zes dagen voor een magiër volledig hersteld is van magie-uitputting.

Definitief magieverlies

In een klein deel van de gevallen van magie-uitputting is er sprake van gedeeltelijk herstel (één op de vijftig) of geen herstel (één op de honderd). Dit gebeurt wanneer de magie-uitputting met zoveel kracht gebeurt, dat de magiebron beschadigd raakt.

Gedeeltelijk verlies

Wanneer een deel van de magiebron is beschadigd, zal dit invloed hebben op het magische vermogen van de magiër. Dit kan zich op verschillende manieren uiten:

  • Kleinere hoeveelheid magie. Dit resulteert in minder krachtige magie.
  • Minder controle over de magie. Dit zorgt voor meer moeite met de magie sturen en resulteert in meer onvoorspelbare magie-uitbarstingen.
  • Tragere magieaanmaak. Dit zorgt er voor dat het langer duurt om weer op volle krachten te zijn na magiegebruik en resulteert in langzamer herstel na magievermoeidheid.

Deze gevolgen kunnen variëren in kracht en duur. Soms is het mogelijk door oefenen of een bewuster gebruik van de magie de gevolgen van magieverlies iets te verminderen.

Heel zeldzaam is er ook sprake van een overactieve magiebron. Hierdoor kan er chronische magievergiftiging optreden, of kan de magie de magiër overnemen zoals soms bij pure magie ook gebeurt. Chronische magievergiftiging resulteert in een langzame dood en de overname van de magiër door de magie resulteert in waanzin, wat vaak een gruwelijke dood tot gevolg heeft.

Volledig verlies

Als de magiebron volledig of bijna volledig is beschadigd, zal de magiër de controle over zijn magie volledig kwijtraken. De magiër bezit dan totaal geen magie meer. Hij kan dan dus ook geen magie meer gebruiken en zijn magie kan ook niet aangevuld worden door magie-overdracht. Wanneer een magiër zijn magie volledig kwijtraakt, is dit niet meer te genezen.

magie-uitputting.txt · Laatst gewijzigd: 05/07/2018 21:46 door tetachan