Het huiswerk Latijn vlotte snel. Woorden werden ingevuld en vervoegd bij de genitief, datief, ablatief en vocatief. Hij keek nog eens snel na, en zag geen fout. Blijkbaar wou Naybi niet praten, of zou ze beschaamd zijn? Of zou ze druk bezig zijn? Hij nam drie minuutjes pauze, die hij gebruikte om even naar Naybi te kijken en om zijn boeken filosofie te nemen. Naybi bleek niet veel zin te hebben in huiswerk. Wou ze niet doorgaan naar het volgende jaar?
Voor filosofie moesten ze een stukje Plato lezen, en de tekst analyseren met een paar topische vragen. Wat vind je er zelf van? Ben je het met hem eens? Wat kan er beter? Vind je de schrijfstijl mooi? Waarover gaat het eigenlijk?...
Hij begon te lezen. Het was een moeilijke tekst, want filosofen hadden de neiging om de moeilijkste zinsconstructies te gebruiken. Elke zin moest dus geanalyseerd worden, enkel om hem te begrijpen. Net toen hij aan de eerste vraag wou beginnen, kregen ze een koekje!
"Oh, dank u mevrouw! Dit krijgen we niet elke avond!"
Hij liet het hem smaken, omdat hij eerst niet doorhad dat hij eerst moest spreken. Maar omdat de mentor naar hem bleef kijken, begon hij het door te hebben.
"Oh, ik denk dat ik de helft al heb gedaan. Latijn ging goed, en is gedaan. Nu heb ik net deze tekst gelezen, en moet ik de vragen invullen. Daarna moet ik nog wat planten beschrijven en classificeren. Het is nog gemakkelijk vandaag, maar toch moeilijk genoeg om er even bij na te denken. Maar het gaat."